
Kerst op z’n Botswaans
Door: Frank Höppener
Blijf op de hoogte en volg Frank
30 December 2011 | Namibië, Windhoek
Alle steden lopen hier leeg met Kerst. Een Motswana (= een inwoner van Botswana) viert zijn kerstmis met heel de extended family midden in de bush op de cattle post: het borehole met water en met alle koeien en ander vee. Hier, en niet op de woonplaats die wij ‘thuis’ zouden noemen, liggen de wortels van de familie en de basis van het familiebezit.
Maria, de vriendin van Cynthia mogen we een moderne Motswana noemen; ze is CEO van de Botswaanse Ondernemersvereniging, zeg maar de Botswaanse VNO. We trokken dus naar haar ‘datsja’, al is dat geen Botswaans maar een Russisch woord. Een paradijsje op tien hectare bush met de Metsimothlaba River vlakbij. Twintig kilometer ten Noorden van Gabs, bij de afslag naar de Odi Weavers naar het Oosten, sla je af naar het Westen naar Mmamasia. Dan vijf kilometer asfalt en na nog eens drie kilometer zandweg moet je ‘ergens’ rechts naar het Noorden, dan vijf kilometer kronkelen over kruisingen en splitsingen van paden, en dan ben je er ongeveer.
SLANGEN
De datsja: zonne-energie op het dak, een paar slaapvertrekken en twee badkamers. Kippenren, moestuintje. Maria heeft alleen moeite om de slangen bij de kippenren vandaan te houden. Ondanks alle moderniteiten toch heel Botswaans: koken op een houtvuur bij de standpipe (waterkraan) in de tuin; overal de gebruikelijke rommel waarbij dingen op volstrekt onlogische locaties terecht komen zoals een broekriem in de tuin of een jerrycan tussen de afwas. Heel normaal maar als Nederlander zou je het niet verzinnen.
Alle buren van de omliggende farms waren uiteraard aanwezig. Zo was er ook Dale, een veteraan uit de Rhodesië-oorlog zo werd me verteld. Verlamd, en bovendien is onlangs zijn linkerbeen afgezet wegens gangreen. Verbazingwekkend hoe hij zich redt. Op een quadbike heeft hij een bed geconstrueerd met opstaande randen. Zo crost hij op zijn buik liggend door de bush. Hij praat wat hard want hij ‘socializet’ vanaf dat ding en is gewend aan wat afstand.
Wat was de borrelhap? Chop-Chop. (Mijn naaste verwanten kennen mijn voorkeuren.) Deze keer was niet een geit maar een kip de klos. Ik geef je het recept: je kookt het hele beest in een pot waarin ze vroeger missionarissen bereidden. Als ie gaar is pak je een knuppel en sla en roer je de hele klomp tot fijne vezels. Je weet niet wat je eet, letterlijk.
Maar geit was er ook. Adriaan, de zoon van Cynthia en Bert, moest van Cynthia meehelpen bij de slacht (Cynthia is Motswana). ‘You are a man. This is what men have to do for their family.’ Adriaan vond het maar zielig voor de geit: ‘This morning at sunrise when that goat woke up, it was still thinking: ‘Ooh, what a lovely new day.’ Not knowing that it would be his last one.’
Toen ik arriveerde hing het karkas al over de omheining om aan te drogen.
LACHEN
Wel wat last van vliegen rond de datsja, helaas. Maria wist ook niet wat ze eraan moest doen. Ze wil afstand te scheppen tussen de plaats waar het personeel leeft en haar eigen ‘optrekje’. De spullen van die mensen trekken de vliegen aan, denkt ze. Maar het mocht overigens de pret niet drukken. Iedereen in opperbeste stemming. Muziek van Brenda Fassi, gewoon uit de speakers van de openstaande autodeuren. Het leven kan zo simpel zijn. Iedereen was geheel in de Botswaanse traditie bezopen en goedlachs. Dansen, een hap geit, pilsje, wéér dansen: kortom heel gezellig. Gelach, geklap. Dat moet je het land nageven: er zijn maar weinig landen waar zoveel wordt gelachen. Ze hebben het goed hier.
Er was een ‘mosimane’ (jongetje) die helemaal verzot was op mijn camera. Van mij mocht ie ermee experimenteren. Gevolg: tientallen flitsfoto’s van buiken, ruggen, rommelige tafelbladen en een halve arm. Wát ‘m ook maar voor de lens kwam was boeiend genoeg om op de ontspanknop te drukken. Wel een frisse kijk, natuurlijk.
Na de regens vliegen de termieten uit, en vandaag was de dag. O-ver-al vliegende insecten, tot in je bloesje aan toe. Vervolgens verliezen ze hun vleugels en zijn de gootsteen en de WC verstopt met vleugels en verzopen insecten.
Cynthia is geschoold in natuurgeneeswijzen. Nou is dat een vakgebied dat in mijn perceptie besmet is door een oud lief met vooral veel oud zeer, dus ze moest van goeden huize komen. Zoals de lezers van de vorige blog uit Namibië weten, heb ik al een maand of drie last van mijn rechterschouder, en het gesprek kwam er toevallig op. Cynthia daalde resoluut af naar mijn rechterscheenbeen en begon te drukken op een plek die pijnlijk was. Haar opmerkingen: ‘Oooeh, you’ve got abnormal tension here. You can go to any fysiotherapist, but he can’t help you with your shoulder when the problem is here.’ Ik moet bekennen dat ik na haar knijppartij de arm iets hoger kon optillen voor de pijngrens de beweging een halt toeriep.
Dus, Paul!
MOESSON
Le jour après la fête à toujours quelque chose triste. Dat kwam vooral door de ‘babalas’ (= kater) bij mij, maar meer nog bij Bert. Dat belette ons niet om een eind verderop kris-krassend door de bush een terrein op te zoeken waar Maria haar oog op had laten vallen. Ik speel met de gedachte om samen met Bert en Maria land te kopen als belegging. Wat die arme Willem Alexander niet mag, mag ik wèl. Publicitair ben ik niet interessant, dus geen stennis.Quod licet bovi, non licet Yovi. (Of 't moest zijn dat Ton zijn ideologie erop loslaat.) Jawel, het heeft mogelijkheden. Ik denk op termijn aan een bouwsel op palen om over de bush uitzicht te houden op het meertje en de bergen erachter. Even nadenken wat nodig is in geval van ‘veldfire’.
Bernard en Mien hielden de dag erop ….. een feestje! Alwéér een. Het was er gezellig, met de halve expat community van Botswana in de tuin. Van Bram – die van dat wiel dat er daadwerkelijk af was gelopen in Potchefstroom, kreeg in het telefoonnummer van een goede Zimbabwaanse mechanic. Met hem heb ik naar een paar overblijvende ‘twijfelpunten’ gekeken bij de cruiser. De remblokken liepen wat aan, de radiatorslang heeft hij vervangen (lek in Mabuasehube weet je nog); er zat een scheurtje in. En de stuurdemper is vernieuwd. Het trillen en naar links trekken zou over moeten zijn. (Grotendeels wel, inderdaad, maar niet compleet opgelost. Wat is dat toch met die kar?) Zoals dat gaat in de bush, Oom Piet in Bokspits of Rusty in Tshabong repareert een auto en gaat ermee op pad. Wij denken dan: de kar is nagekeken, nu is hij helemaal in orde. Zo gaat dat hier niet. Al rijdend blijkt er altijd wel een ‘restprobleem’. Geen nood, dan zetten ze de auto weer in de tuin en gaan aan de slag. Net zo makkelijk. En als het zo uitkomt, herhalen ze de exercitie een tweede of zelfs een derde keer. Dat is hun leerschool. Maar ík moet voor wat voor hen ‘normaal’ is - en wat ze er even bij doen - steeds een nieuwe mechanic zoeken. Met deze Zimbabwaanse Melvin had ik geluk. Heel aardige vent, zeer zorgvuldig en met ideeën over waar het – ook na zijn ingrepen - overblijvende naar-links-trekken aan kon liggen. Goed voor het programma in april.
’s Avonds boden Eddy en Elly (gasten van Bernard en Mien) ons een etentje aan bij de Indiër op de ‘African Mall’ in Gabs. Het was niet alleen lekker, maar ook nog eens erg gezellig.
De dag erna was ik – uitgezwaaid door Bernard en Mien – al om kwart over vijf op weg door de mist na de regens van gisteravond. Toen kwam het als een moesson met bakken uit de hemel; greppels groeiden plotsklaps uit tot woest kolkende beken. Zo’n ochtendmist is een zeldzaam verschijnsel in dit droge klimaat.
Volgende blog: Gaborone – Windhoek.
Groet,
Frank
-
31 December 2011 - 09:21
Angèle:
hoi Frank guten rutsch [niet letterlijk ajb] het nieuwe jaar in. Wanneer ben je weer in nederland?
groeten, angèle -
02 Januari 2012 - 07:08
Frank Höppener:
Hoi Sjel,
04/01 vertrek; 05/01 Munster.
Groet
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley